De presentatie vond plaats tijdens een overleg tussen het programma CT, het CT Kernteam Maaisel en Blad en de ministeries IenW en LNV. Allereerst werden de vragen toegelicht waarop een antwoord nodig is om tot nieuw beleid te komen (de zogenaamde RISMAN-vragen).
Daarna presenteerde WUR de aanpak van het – nog lopende – onderzoek. Een belangrijk onderdeel hiervan is de analyse van bodemverbeteraars die worden gebruikt in de aangesloten pilots (maaisel, lokale bodemverbeteraars, bokashi van maaisel, bokashi van blad en bokashi-mengsel). Omdat voor veel van deze producten nog geen normen bestaan, wordt de kwaliteit van de toegepast bodemverbeteraars vergeleken met de eisen die worden gesteld aan Keurcompost. Daarnaast wordt bepaald welke effecten het toepassen van de bodemverbeteraars heeft op gewasopbrengst, het bodemleven en het milieu. Dit gebeurt via veldproeven op proeflocaties van WUR en via laboratoriumonderzoek.